Voorwoord
We hebben dit jaar beide een Koga Miyata fiets gekocht. Addie een World Traveler met 26 inch banden. Deze fiets krijgt het meeste te voorduren, meer bagage en de B.O.B. kar er achter. Annie een Traveler met 28 inch banden, dit omdat de World Traveler niet in dames uitvoering bestaat.
Twee prima fietsen met beide een kleine fiets standaard aan de low-rijder voor, zodat de fiets altijd stabiel kan worden weg gezet. Ook de B.O.B. is inmiddels voorzien van zo'n kleine standaard, hierdoor kan de fiets met kar goed worden geparkeerd zonder om te vallen. Zo veranderen we elk jaar wel wat.

De geplande route
Vanuit Bolsward gaan we eerst via een toeristische route naar Renswoude om onze vrienden op te halen. Dan gaan we met z'n vieren richting de kust om naar het zuiden af te zakken. We gaan dan via België naar Frankrijk langs de Noordzee route. In Frankrijk pikken we de Groene Vallei route op om zo door de Franse en Belgische Ardennen naar Luxemburg-stad te fietsen. Vanaf hier gaan we richting de Moezel die we volgen tot aan de Rijn bij Koblenz en dan stroom afwaarts langs de Rijn naar Millingen. Hier gaan we uit elkaar, onze vrienden gaan dan naar Renswoude en wij gaan weer naar het noorden.
Gebruikt kaart materiaal
We hebben het eerste gedeelte tot aan de Zeeuwse kust en het ook laatste stuk in Nederland vanaf Millingen naar huis de knooppunten routes gevolgd. Vanaf de kust hebben we het zuidelijke gedeelte van de Internationale Noordzee fietsroutede LF1 gevolgd. Deze route is goed aangegeven met de LF borden, samen met de kaart is de route niet moeilijk te volgen. Alleen als je van de route afwijkt om in de stad Brugge te bezoeken is het even zoeken om de juiste weg weer te vinden. Dit is geen belemmering.
Vanaf Le Wast zijn we de Groene Valleien fietsroute gevolgd. De route gaat van Boulogne sur Mer naar de Moezel. Het boekje de geschreven is door Robertien en Wouter Bazen telt ruim 170 pagina's waarin de route in beide richtingen is beschreven, voorzien van navigatieteksten en toeristische informatie. De route is ingetekend op Michelinkaarten met schaal 1:150.000 en in de Eifel op Huberkaarten schaal 1:100.000 Slaapvoorzieningen zoals campings, hotels, jeugdherbergen en chambres d'hôtes staan achterin (incl. telefoonnummers, etc); verder de VVV’s
Vanaf Wormeldange hebben we de Moezel gevolgd tot aan Koblenz met het bike line boekje Mosel-Radweg en daarna hebben we de Rijn tot aan Millingen gevolgd met het bike line boekje Rhein-Radweg 3 Von Mainz nach Rotterdam. Beide boekjes zijn duidelijk met route ingetekende kaartjes en toeristische informatie. Over een groot gedeelte van de rivieren is de route aan beide oevers ingetekend. Vooral in grote stedelijke gebieden is het handig om eerst uit te zoeken welke aan welke kant je wilt gaan fietsen. Deze boekjes zijn alleen in het Duits te verkrijgen.
De fietsroute door Nederland.
We starten onze tweede buitenlandse fietstocht met z’n tweeën in Bolsward. We gaan eerst over bekende polderweggentjes richting Sneek en IJlst. We volgen de knooppunten route richting de Hoge Veluwe. We hebben drie dagen uitgetrokken om in Renswoude te komen van waar we met z’n vieren verder gaan.
Drie dagen is voor dit stuk wel ruim bemeten, maar we hebben nog niet zoveel kilometers gefietst en dan is dit een mooie training. Dit eerste gedeelte gaat over rustige wegen en schelpenpaden. Geen of weinig last van het verkeer. We moeten bij Oldelamer het fietsveer over de Tjonger zelf bedienen. Dit is zwaar draaien aan een wiel, zodat het ponton langs een ketting naar de overkant wordt getrokken. Na een rumoerige nacht in Havelte gaan we de tweede dag weer verder langs veenpolders, vaarten en gemalen richting de Veluwe.
Het moet gezegd worden, het is mooi toeren via de knooppunten bordjes. Je komt dan op rustige paden en wegen. Er is zijn ook redelijk wat half verharde paden en zandwegen. Het is een goed en makkelijk systeem om een route te fietsen.
Alleen in Meppel was het wat onduidelijk, maar Meppel is niet zo groot dat je daar niet uit komt. Het fietsen op de Veluwe behoeft geen uitleg, hier kom je ook veel fietsers tegen, maar weinig met bepakking.
De derde dag begint goed, maar eindigt een kilometer of tien voor Renswoude met een verschrikkelijk onweer. Gelukkig ken ik het gebied rond Renswoude vrij goed en kunnen we in één strak tempo naar ons eind adres voor deze dag.


Als verzopen katten komen we aan, maar na een douche en droge kleding zijn we weer het heertje. Nu we met z’n vieren zijn is de vakantie echt begonnen. Na een goede nachtrust en stevig ontbijt gaan we op weg.
Eerst nog een stukje door het zuiden van de Veluwe, maar dan al snel richting Wijk Bij Duurstede. We volgen de rivieren naar de kust toe. Eerst langs de beneden Rijn. In Wijk Bij Duurstede staat de molen Rijn en Lek (ook wel de molen van Ruisdael, die hem in 1668 schilderde).
Je kan onder deze molen door fietsen, omdat het een gecombineerde molen en een poort is. De poort is van ongeveer 1370 en de molen is er later in 1659 opgebouwd. We vervolgen onze weg richting Tiel over lange saaie rechte wegen.
We steken de Waal over en komen in Brabant. Hier fietsen we over de rivier dijken van de grote rivieren. Dit is erg mooi fietsen, doordat je zo hoog op de diken fietst heb je een mooi uitzicht op om geving.
Aan één kant het stukken lager gelegen polder gebied met de zo voor Nederland karakteristieke dijkhuizen en aan de andere kant de druk bevaarde rivieren. Het mooie van deze dijken is dat ze voor een groot deel alleen toegankelijk zijn voor fietsers en bestemming verkeer.
Hoe dichter we bij de kust komen hoe breder de rivieren worden en het landschap veranderd ook meer in industrie gebieden met als grootste gebied de Moerdijk.
Om van Brabant in Zeeland te komen gaan we over de Volkeraksluizen.


Dit is een imposant kunstwerk, alleen toen wij er overheen fietsten was het weer zo slecht, met zware regenval en een opstekende storm, dat we er niets van gezien hebben.
De plotselinge wind was zo hard dat we van de fiets geblazen werden en een stuk hebben moeten lopen, om een schuilplaats te kunnen vinden in een bushokje. Na deze korte maar hevige storm fietsen we door naar een camping. Hier genieten we van een rustige en droge nacht gaan de volgende dag, via Oostflakkee (is nog op de Zuid-Hollandse eilanden)naar de Grevelingendam.
We fietsen het eiland Schouwen en Duiveland in lengte richting van oost naar west over om vanaf Haamstede naar het Zuiden te gaan. Ondanks dat het weer niet helemaal mee zit is het een mooie tocht over vlakke wegen, maar met veel historie van oude vissersplaatsen en de deltawerken.
Onze overnachting in Veere wordt gekenmerkt door een nacht met, alweer veel harde wind die ook het uiterste van onze tenten vraagt, en daarom hebben we niet zo’n goede nacht rust.
Volgens het boekje heeft Zeeland samen met de Wadden eilanden de meeste zon uren, maar het is nu de tweede keer dat wij hier fietsen en het weer geen zon. Het weer is iets minder dan we zouden wensen zeg maar.
Dit drukt de pret niet, het regent nooit de hele dag (als het goed is). Van Veere gaan we over een fietspad door de polder naar richting Vlissingen, om hier de veerboot naar Breskens te nemen. We fietsen met een sterke tegenwind door de duinen en over asfalt dijk langs de Noordzee. H
et heeft veel weg van het stuk in Noord Holland langs de Hondsbosse zeewering. Ook het land achter de duinen lijkt hier sterk op, maar het is toch Zeeuws Vlaanderen.


Uit eindelijk gaan we vanaf Cadzand wat meer het binnenland in. Zeeuws Vlaanderen is als je de kust verlaat erg rustig. Wij fietsen tot vlak bij vlak de grens en stoppen op de camping in Sluis.
De camping ligt aan de rand van het stadje, dus een avond wandeling naar het stadje is zo gemaakt. Sluis is een mooi oud stadje en het is de wandeling meer dan waard. De dag dat wij er waren was er een braderie in de stad, dus volop gezellig om hier de avond door te brengen. We blijven niet al te lang, want morgen gaan we België in en dan moeten we weer fit zijn.
Er liggen twee belangrijke natuur gebieden aan de Zeeuws Vlaamse kust. Het zijn de schorrengebieden achter de smalle duinen strook met een opening, waar doorheen bij vloed zeewater naar binnen stroomt. Het oostelijke van de twee, de "Verdronken Zwarte", door een dijkdoorbraak ontstaan. De duinen strook werd afgezet in de luwte van de doorgebroken dijk. Westelijker ligt het grotendeels "Belgische Zwin", de verzande monding van de getijdenstroom die ooit de vaarweg naar Brugge vormde.
De fietsroute door België.

België, het landschap veranderd vrijwel direct op de één of andere manier, of het nu door een andere manier van verkeersborden en wegen onderhoud is weten we niet.
Onze eerste stop is Brugge, een erg mooie stad met een schitterend marktplein. Hier kopen we voor een schitterend hoog bedrag een bak koffie. De koek hebben we maar op de markt gekocht, dat scheelde nogal wat in prijs.
Conclusie, Brugge is erg mooi, maar er wordt wel wat misbruik gemaakt van het toerisme. Na Brugge volgt de LF1 een kanaal dertig kilometer lang en recht.
Na een blik op de kaart besluiten we om bij Leffingen van de route af te wijken en onze eigen weg te zoeken. De kleine dorpen zijn erg rustig en meestal verstoten van een winkel. Er is staan in dit gebied opvallend veel monumenten van de Eerste Wereld oorlog.
Als we uit eindelijk in een grotere plaats komen willen we onze voorraden wel bij vullen. In Diksmuiden vragen we bij de plaatselijke VVV waar we een supermarkt kunnen vinden, maar die informatie mogen ze niet geven, vanwege concurrentie vervalsing.Wel verteld deze dame ons dat als we die richting uitlopen het wel goed komt.
Na de nacht op een camping vlak bij Diksmuiden te hebben door gebracht, volgen we het riviertje de IJzer dat door het vele regenwater van de laatste tijd op veel plaatsen buiten zijn oevers is getreden.
Als we verder komen en de IJzer verlaten begint het terrein wat glooiender te worden. We naderen Frankrijk. Als we koffie drinken in een Maria Kapelletje, die we gebruiken als schuilplaats tegen de kou en de regen zien we aan de overkant van het weggentje een half door de struiken verborgen, het bordje van de Frans Belgische grens. Wij zitten nog net in België, maar na de koffie fietsen we Frankrijk in.

De fietsroute door Frankrijk.

Bambecque is het eerste plaatsje wat we in Frankrijk aandoen. We gaan direct voor de Franse uitdagingen. Boodschappen doen! Eerst bestellen we patat bij een frietkraam en daarna gaan we naar een supermarkt. Missie geslaagd.
Na de pauze gaan we weer op pad en krijgen de eerste klimmetjes voor de kiezen tegen de wind in. Dit is nog maar een voor proefje, maar als we tegen de harde wind in afdalen moeten we mee trappen en dat is niet de bedoeling van het afdalen.
De Franse wegen in dit gebied, goed begaanbaar, niet erg breed maar met goed asfalt. Wat opvalt is de rust waar de automobilisten je passeren. We wisten niet hoe het verkeer in Noord Frankrijk zou reageren op fietsers. Daar zouden ze in Nederland nog wat van kunnen leren. Het is voor een fietser beslist niet gevaarlijk op de Franse wegen. Er wordt erg veel rekening met fietsers gehouden door het overige verkeer.
Voor de eerste steile afdaling besluiten we om onze valhelm op te doen en ze de rest van de vakantie tijdens het fietsen te dragen. Dit laatste is een vergaand besluit, want vanaf dit moment fietsen we nooit meer zonder helm tijdens onze fietsvakanties.
Door de vele regen van de laatste dagen, komen we zelfs een weggetje tegen, waar een beekje overheen stroomt en er zo doende een doorwaadbare plaats is ontstaan.
In het eerste gedeelte van de Groene Vallei route kan je met Engels nog goed uit de voeten. Dit komt omdat er langs de kust veel Engelse toeristen komen. Je ziet ook regelmatig bordjes met de tekst "Welcome Keep Right". Later moeten we met ons boeren Frans aan de slag. Ook dit is goed te doen, de Fransen in dit gedeelte doen erg hun best om je te begrijpen.
Hoe meer je naar het oosten trekt, des te heuvelachtiger wordt de omgeving, maar het is nog steeds makkelijk te fietsen. De heuvels zijn niet al te stijl en de route blijft redelijk op de zelfde hoogte. Dus geen lange afdaling waarna je weer een eind moet klimmen.
Van de campings die in het boekje beschreven staan, zijn er verschillende die niet meer bestaan. Je doet er dus goed aan, om thuis eerst even na te gaan of de campings nog bestaan. Voor zover als dat mogelijk is ten minste.
In het gebied rond Arras is dit zeker het geval, hier is ook de jeugdherberg op gedoekt. Arras zelf is een mooi stadje dat je zeker moet bezichtigen. Dit gebied heeft vroeger bij de zuidelijke Nederlanden gehoord en dat is nog altijd te zien aan de oude binnenstad. Je zou het kunnen vergelijken met Brugge of Gent.


Als je de route vervolgd kom je in Arleux, dit is wordt ook wel de knoflook hoofdstad van Frankrijk genoemd. En één ding is zeker, men wil dit ook wel graag weten. Overal hangen de strengen knoflook buiten.
Nadat je de Schelde hebt over gestoken, wat hier een klein stroompje is, fiets je richting het Canel de la Sensée (kanal du Nord) dat je volgt langs het oude jaagpad. Het landschap is in dit gedeelte vrij vlak, dus makkelijk te fietsen.
Na het dorpje Grand Fayt, met een mooie camping, wordt het anders. Het is vrijwel direct klimmen. De klimmetjes zijn nu vrij pittig, maar het is mooi werk. Na elke klim krijg je een afdaling, die voor het gevoel altijd te kort is. In deze buurt zit je weer vlak bij de Belgische grens.
We zakken weer af richting het zuiden en zitten nu echt in het Franse gedeelte van de Ardennen. Ook de "Ardennen Maas" geheten. Het is een schitterend gebied waar je met plezier doorheen te fietst.
De route volgt auto luwe landweggentjes en soms onverharde wegen. Het verkeer houdt erg veel rekening met fietsers, de auto's passeren je rustig en ruim. Ook hier is het net als in het hele noorden van Frankrijk wat we gefietst hebben erg rustig.
De dorpjes zijn idyllisch, maar vrijwel uit gestorven. Ook hier is het zaak om als je een supermarkt of een kruidenier tegen komt, om direct je boodschappen te doen. Er zijn niet veel winkels en de winkeltjes die er zijn die zijn niet altijd open. In veel dorpjes is de kruidenier alleen een uurtje per dag open.

Samen gevat:
De Groene Valleien fietsroute in Noord Frankrijk duidelijk te volgen via de bordjes, samen met het boekje en de kaart.
De route gaat over het algemeen over rustige landweggentjes en soms over onverharde paden. Het overige verkeer houdt erg veel rekening met fietsers en de mensen zijn erg vriendelijk en enthousiast.
Men vind het geweldig dat we met de fiets op vakantie zijn in hun streek. De eerste wereld oorlog leeft hier veel meer dan de tweede wereld oorlog. Er zijn dan ook veel militaire begraafplaatsen en monumenten uit die tijd.
De fietsroute door Luxemburg.

Als we Frankrijk verlaten fietsen we eerst nog een klein stukje door de Belgische Ardennen in de streek Gaurne. Hier moet serieus geklommen worden. Dit gebied staat bekend om de relatieve armoede die er heerst. Er is in ieder geval niet zo veel te beleven, de streek is ook arm aan bewoners.
Al snel kom je bij de Luxemburgse grens en dan verandert het landschap en is het ook gedaan met de rust. Hier is alles weer strak geregeld. Een hele verandering met wat we in Noord Frankrijk gewend waren.
Het verkeer is hier ook weer drukker en we worden op een landweg bijna van de fiets gejaagd door een auto met een Nederlands kenteken. Goede reclame.
Zuidelijk van de hoofdstad Luxemburg is het moeilijk om een camping te vinden. De eerste die wij vinden ligt in Marmer een voorstad van Luxmeburg en is voornamelijk gericht er één nacht blijven.
Na de nacht in Marmer gaan we onderweg richting de Moezel, maar eerst doen we een supermarkt aan. Voor de dames een verademing, de winkels zijn modern en erg groot.
Daarna vervolgen we onze weg via een bewegwijzerde route door een mooi natuur gebied. Dan zijn we plotseling bij Wormeldange waar een steile afdaling volgt tot tegen de Moezel.
Dit is wel even schrikken, want onverwachts is er toch een gedeelte van onze vakantie afgesloten. Het wordt nu meer toeristisch en dat is na een paar weken alleen door de wereld gedwaald te hebben wel wennen.

De fietsroute door Duitsland.

Zoals we het nu bekijken is de Moezel en de Rijn stroom afwaarts fietsen door Duitsland één groot stuk vals plat naar beneden. We fietsen langs de Moezel op een drukke strak geasfalteerd weg richting Grevenmacher. Vanaf Grevenmacher gaat de route richting Trier voornamelijk over fietspaden langs de rivier.
Het is mogelijk om langs beide zijde van de oever te fietsen. Tegen de hellingen langs de Moezel liggen de wijngaarden waar het gebied bekend om is.

Wij nemen in Trier de tijd om de stad en dan natuurlijk de Porta Nigra te bezoeken. Men neemt aan dat deze Romeinse stadspoort aan het einde van de tweede eeuw is gebouwd.
Na ons bezoek aan Trier met al zijn oude gebouwen gaan we weer verder langs de Moezel. Er hangt bij de wijngaarden een aparte geur, wij denken dat dit door de bemesting of de grond komt, maar zeker weten doen we het niet, maar het is geen prettige lucht.

We passeren stroom afwaarts verschillende sluizen. Dit is nodig om de vele passagiersschepen stroom opwaarts en stroom afwaarts te laten varen. Andere beroepsvaart zie je hier niet zoveel.
Nu komen nu ook voor het eerst weer andere fietser tegen met bepakking. De meeste doen pensions aan, maar een enkeling is net als wij onderweg met de tent. Wij overnachten in Bernkastel-Keus. Ook Bernkastel is een mooi oude stad met veel vakwerkhuizen en erg veel toeristen.
De gidsen lopen hier met een vlaggentje te zwaaien om hun klanten bij elkaar te houden. Iets teveel van het goede voor ons. Onderweg zie je ook veel kastelen tegen de wanden van de bergen aan. De Moezel bestaat dus uit toeristen, wijngaarden en kastelen.
Aan het eind van de Moezel belanden we in Koblenz. Deze stad op de splitsing van de Moezel en de Rijn is een bezoek meer dan waard, al viel ons bezoek in de regen.
Vanaf Koblenz fietsen we langs de Rijn terug naar Nederland. De Rijn is een druk bevaren rivier. De binnenvaart schepen varen af en aan. De route is duidelijk aangegeven, maar hij is lang niet zo mooi als de Moezel.
De fietspaden zijn ook niet zo goed onderhouden als langs de Moezel. Door de vele industrie is de route ook niet zo interessant en vaak erg druk. Wij hebben vlak bij Keulen een rustdag gehouden van wegen het slechte weer. We gaan met de bus naar Keulen, waar we de dom hebben beklommen.
Keulen is wel aardig, maar in de tweede wereld oorlog bijna geheel plat gebombardeerd, zodat het net als Rotterdam weinig historische gebouwen heeft.
Door de grote steden moet je vaak over erg drukke wegen en de route is dan ook vaak moeilijk te vinden. Regelmatig zijn de bordjes weg, vernield of wegen afgesloten zodat je zelf de weg moet zoeken.
Hoe verder je de Rijn afzakt, hoe vlakker het landschap weer wordt. Je merkt dat je in de buurt van Nederland komt. Vlak voor Millingen komen we Nederland weer in. De Rijn is niet direct een aanrader om langs te fietsen, maar er zijn wel veel lange fiest routes die hier langs komen of met deze route in verbinding staan.
Gemiddeld zijn de campings langs de Rijn ook een stuk duurder dan elders langs onze fiets route.

En dan, terug naar huis.

Bij het veer in Millingen nemen we met een bak koffie en een flink stuk gebak afscheid van elkaar. Wij gaan naar het noorden en onze vrienden gaan verder naar het westen. Wij fietsen langs de IJssel en de Rietlandroute terug naar Bolsward.
We kamperen nog twee keer onderweg en dan zit de vakantie er weer op. Wel hebben we nieuw groot plan bedacht, de internationale Noordzee route willen we gaan fietsen. Het leuke van fietsen is dat je halverwege de route alweer aan het bedenken bent wat je het volgende jaar wilt gaan fietsen. De grenzen worden letterlijk en figuurlijk verlegd.
We hebben een mooie vakantie gehad die vele indrukken heeft achtergelaten. We zijn erg gecharmeerd geraakt van het goede fietsklimaat in Frankrijk. Rust en veiligheid. Ook de behulpzaamheid van de mensen die je tegen komt tijdens het fietsen heeft indruk op ons gemaakt.
De Groene valleien fietsroute is zeker het fietsen waard. De Moezel is mooi maar erg toeristisch en de Rijn vonden wij niet zo mooi, maar er moet wel bij vermeld worden dat het weer hier ook niet mee zat. Veel regen maakt het al gauw minder mooi.
